MitsubishiSpaceWagon.pdf

(276 KB) Pobierz
000-654
Inbouwvoorschrift
montage
Mitsubishi
Spacewagon 2.0 16V MY2001
4G-63 sohc
265000-654
© Necam
®
B.V. 100401.
441532423.012.png
INBOUWVOORSCHRIFT ELECTRISCH
AANSLUITSCHEMA
Merk : Mitsubishi Instr. no : 265000-654
Type : Spacewagon 2.0i MY2001 Blad no: 1/5 Motorset no: 260100-564
441532423.013.png
INBOUWVOORSCHRIFT ELECTRISCH
AANSLUITSCHEMA
Merk : Mitsubishi Instr. no : 265000-654
Type : Spacewagon 2.0i MY2001 Blad no: 2/5 Motorset no: 260100-564
1. Schakelaar. De brandstofkeuzeschakelaar
met inhoudsindicator wordt rechts van de
versnellingspook in het middenconsole
geplaatst. Maak hiervoor een gat 23x38
mm op de aangegeven positie m.b.v de
smeltmal. Verwijder hiervoor het betreffen-
de deel van het dashboard, zodat de ach-
terliggende delen niet beschadigen.
2. Voeding. Sluit de voedingsdraden aan bij
de kabelbundel onder de stuurkolom. Ver-
leng beide voedingsdraden met de bijgele-
verde draden uit de set. Verbind de rode
voedingsdraad (+30) met de blauw/witte
draad. Verbind de rood/zwarte voedings-
draad (+15) met de blauw/zwarte draad.
Sluit hier ook de +draad van de hulpveer-
zoemer aan.
A
3. Montage ECM. Sla de schutboardbekle-
ding voor de bijrijderstoel terug en demon-
teer de afdekkap van de ECU. Verwijder
de opstaande strip aan de linkerzijde van
de ECU-montageplaat. Demonteer de
bruine relaisbox en monteer deze tegen
het middenconsole. Zie foto. Monteer de
kunststof ECM-houder aan de rechterzijde
op de montageplaat. Monteer de ECU
links van de ECM m.b.v. 2 plaatschroeven
op de montageplaat. Bevestig 2 bijgelever-
de draadeindjes A op de bovenste monta-
gepunten van de afdekplaat. Pas de ECU-
afdekplaat aan zoals aangegeven. Beves-
tig het zelfklevende neopreenband aan de
binnenzijde van de afdekplaat om te voor-
komen dat de ECM massacontact maakt.
Monteer de afdekplaat als de inbouw gereed
is.
kabel
doorvoer
A
4. Relais. Monteer de 2 relaishouders van de
Mega-kabelboom op de bodemplaat aan
de onderzijde van de ECU-montageplaat.
Bevestig de bruine massadraad op de
carrosserie. Zorg voor een goede massa!
Monteer hier ook de relaishouders van de
lambda-onderbreking (zie 13).
5. Kabeldoorvoer. Maak, als het spruitstuk is
gedemonteerd, een gat van Ø 30mm in
het schutboard boven de ECU-montage-
plaat. Zie foto. Voer het kabelboom ge-
deelte samen met de injectoronderbreek
draden (rood/blauw en blauw) vanuit het
interieur de motorruimte in. Plaats een
doorvoerrubber in het gat zodat de kabel-
boom niet kan beschadigen!
441532423.014.png 441532423.015.png 441532423.001.png 441532423.002.png 441532423.003.png 441532423.004.png
INBOUWVOORSCHRIFT ELECTRISCH
AANSLUITSCHEMA
Merk : Mitsubishi Instr. no : 265000-654
Type : Spacewagon 2.0i MY2001 Blad no: 3/5 Motorset no: 260100-564
6. MAP-sensor. Monteer de MAP-sensor met
houder rechts van het typeplaatje tegen
de paravan. Sluit de 3-polige aan op de
MAP-sensor. Sluit ook de vacuumslang
aan op de vacuumaansluiting in het inlaat-
spruitstuk.
7. Verdeelhuis. Monteer de verdeelhuissteun
(244304-495) aan de rechterzijde tegen
het spruitstuk. Monteer het verdeelhuis op
de steun. Plaats de injectorslangen sym-
metrisch t.o.v elkaar op het verdeelhuis.
Op de stappenmotor wordt de 4-polige
stekker aangesloten en de 2-polige steker
op de DFCO-klep.
11. Injectorsimulator. Monteer de injectorsimulator
(238400-423) in de auto rechts tegen de dash-
boardsteun. Sluit de zwarte voedingsdraad aan
op de witte (E1) draad uit de kabelboom nabij de
splitsing naar de microprocessor. Sluit 4 draden
uit de simulator aan volgens schema in de 26-
polige stekker(B28): pin12-geel/groen, pin13-
geel, pin25-blauw, pin 26-geel/rood. De overige
2 draden niet aansluiten.
Alle signaaldraden worden voor de ECU-
connectoren van het benzinestuurappa-
raat aangesloten. Verwijder hiervoor de
kunststof afdekkap, zodat de aansluitin-
gen in de stekkers gemaakt kunnen wor-
den. Zie tekening voor de codering van de
stekkers. Verwijder het toerentalfilter in de
grijs/zwarte en de zwart/witte draden bij
de ECM-pos. B5 en B3. Dit filter vervalt.
12. Injectietijdmeting. Sluit de geel/zwarte draad
voor de injectietijdmeting (238500-164) aan in
ECM pos. B7. Leg deze draad met de bekabe-
ling mee naar de ECU; hier wordt de draad op
de ECU-zijde van de onderbroken blauwe injec-
tordraad op pin 25 (B28) aangesloten.
8. Toerentalsignaal. Verbind de grijs/zwarte
draad (toerental signaal - ref.high) met de
zwart/blauwedraad pin 4 in de 26-polige
stekker(B28). Bevestig de zwart/witte
draad (massatoerentalsignaal-ref. low)
met een kabeloog aan carrosseriemassa.
13. Lambda-onderbreking. De draad vanaf de lamb-
dasonde moet tijdens gasbedrijf aan de auto-
gaslambdaregeling gekoppeld worden en op
benzine de originele verbinding maken. Sluit de
rode draad uit de kabelboom (lambdasignaal)
aan op de rode draad op pos. 87 van het relais-
set (no. 238500-161). Onderbreek de witte draad
(lambdasignaal) op pin 6 van de 22-polige ECU-
connector (B31); sluit de rood/groene draad aan
richting sonde en rood/witte draad richting ECU.
Zie schema. De zwarte draad (lambdamassa)
aansluiten op de bruine draad pin 12 van de 22-
polige ECU-connector (B31). Sluit de 3-polige
steker met gele en wit/groene draad aan op de
corresponderende steker uit de kabelboom.
Plaats de bruin/witte draad in de ECM pos. D12.
Verbind de bruine draad met de bruin/gele draad
op pos. D1. Monteer het relaisset op de carros-
serie onder het dashboard.
9. TPS-signaal. Verbind de groene draad uit
de kabelboom (smoorkleppositie) met de
groen/witte draad pin 20 van de 22-polige
connector (B31).
10. Injectoren. Voor het uitschakelen van de
injectoren moeten de 4 rode draden in de
kabelstreng aan het uiteinde van de benzi-
negalerij onderbroken worden. Maak de
kabelstreng hiervoor voldoende open
om de juiste draden te bepalen; hier
zijn nl. ook de voeding voor de EGR en
het actief koolfilter aangesloten! Neem de
4 draden samen. Sluit de blauwe draad
aan richting injectoren en de blauw/rode
richting ECU. Doe dit zodanig dat de ka-
belboom weer gesloten kan worden.
ECU-connectoren
1
11
12
22
441532423.005.png 441532423.006.png 441532423.007.png 441532423.008.png
INBOUWVOORSCHRIFT MOTORSET
Merk : Mitsubishi Instr. no : 265000-654
Type : Spacewagon 2.0i MY2001 Blad no: 4/5 Motorset no: 260100-564
14. Regelaar / appendagekast. Op de auto-
gasafsluiter wordt de 2-polige stekker met
gele en bruine draad aangesloten. De be-
drading met de 3-polige stekker gaat naar
de afnamekraan en niveau opnemer. De
corresponderende stekker is al aan de ka-
bel naar de tank aangebracht en kan di-
rect gemonteerd worden. Leg deze 3-
aderige kabel mee met de LPG-leiding
naar de appendagekast op de tank. De 2-
polige stekker met blauw/rode en bruin/
gele draad wordt aangesloten op de tem-
peratuursensor in de verdamperdrukre-
gelaar.
15. Motormassa. Bevestig de bruin/gele mas-
sadraad met kabeloog aan motormassa
aan de gaskabelsteun. Zorg voor een
goede massa.
- Monteer de watertules en de autogasaf-
sluiter in de verdamper. Gebruik voor de
afdichting Omnifit H50. Verwijder de rech-
te, monteer de gebogen gasslangtule en
richt deze naar het schutboard.
- Monteer de regelaarsteun (no. 244305-
447) op de motorsteun voor de rechter
veerpoot. Monteer de regelaar op de
steun.
- Verwijder de dunne waterslang tussen de
voorste aansluiting op het smoorklephuis
en het thermostaathuis. Deze slang ver-
valt. Sluit de beide vrijgekomen aansluitin-
gen aan op de waternippels in de regelaar.
Monteer tevens de gasslang tussen ver-
damper en verdeelhuis.
- Monteer de vacuumslang tussen de 2e
vacuumaansluiting op het inlaatspruitstuk
en de regelaar.
í
- Monteer de afnameleiding. Controleer het
geheel op lekkage!
441532423.009.png 441532423.010.png 441532423.011.png
Zgłoś jeśli naruszono regulamin